Turfvaart - Achtmaal

In de 17e eeuw werd de Turfvaart gegraven als een essentiële transportroute voor de turfwinning in de regio tussen Achtmaal en Breda. Turf werd gewonnen uit de uitgestrekte veengebieden rond Zundert en Achtmaal. Daarna moest het naar Breda worden gebracht, waar het werd verkocht en gebruikt als brandstof voor huizen en industrieën. Om deze brandstof efficiënt naar Breda te vervoeren, werd in 1618 het initiatief genomen om een kanaal aan te leggen. Vooral Bredase bierbrouwers, die turf nodig hadden voor hun brouwproces, zagen het nut van deze waterweg.

De Turfvaart volgde grotendeels het beekdal van de Bijloop, omdat deze zelf grotendeels onder het veen lag en ongeschikt was als transportader. De gegraven vaart zorgde niet alleen voor een snelle afvoer van turf, maar hielp ook bij de ontwatering van de veengebieden, waardoor de turfwinning efficiënter werd.

Langs het kanaal lagen jaagpaden, waar mensen of paarden de turfschuiten voorttrokken. Lange tijd bleef de Turfvaart een cruciale transportroute, tot de turfwinning in de regio afnam en andere brandstoffen zoals steenkool opkwamen.

Vandaag de dag is de Turfvaart geen bevaarbaar kanaal meer, maar eerder een smalle sloot, omgeven door natuurgebieden en historische locaties. Toch herinnert het water nog steeds aan de tijd waarin turf de regio economisch en landschappelijk vormgaf. Langs de oude vaart zijn wandelroutes en natuurgebieden te vinden, die een inkijk geven in het verleden van de turfwinning en het belang van dit eeuwenoude kanaal.