Nationaal Monument Kamp Vught - Vught

Toen in 1942 tijdens de Tweede Wereldoorlog bleek dat de bestaande doorgangskampen in Amersfoort en Westerbork de toenemende stroom van gevangenen niet meer konden verwerken, had de SS behoefte aan meer ruimte. Dat was de aanleiding om het concentratiekamp 'Kamp Vught' op te zetten. De officiële naam was 'Konzentrationslager Herzogenbusch'. In tegenstelling tot andere concentratiekampen die buiten nazi-Duitsland waren opgezet, werd Kamp Vught gebouwd naar het model van de kampen in nazi-Duitsland. Zo werd Kamp Vught het enige SS-concentratiekamp buiten nazi-Duitsland en viel het rechtstreeks onder commando van het SS-hoofdkantoor in Berlijn.

De bouw van Kamp Vught was nog helemaal niet af toen in januari 1943 de eerste gevangenen aankwamen. De gevangenen moesten het zelf afbouwen. Tot de bevrijding in september 1944 werden in totaal ongeveer 32.000 mensen opgesloten in het kamp. Naast joden, zaten er onder andere politieke gevangenen, verzetsstrijders, Sinti en Roma ('zigeuners'), Jehovah's getuigen, zwervers en criminelen. Elke gevangene kreeg een gekleurde driehoek op hun gevangenenpak. Voor elk 'type' gevangene was er een andere kleur, zodat men precies kon zien waarom zij gevangengenomen waren.

Ook in dit concentratiekamp gebeurden vele wreedheden. De meest beruchte zijn het 'Bunkerdrama' en de twee kindertransporten, waarbij alleen de kinderen op transport werden gezet naar vernietigingskamp Sobibor in Polen. Als aandenken aan deze transporten staat op het terrein van Kamp Vught het kindergedenkteken 'Monument der Verloren Kinderen'.

Nationaal Monument Kamp Vught houdt de herinnering aan deze oorlogsgeschiedenis in stand, maar toont in woord en beeld ook de actuele vormen van vooroordelen, discriminatie en racisme. Een bezoek aan het museum laat een diepe indruk achter en geeft stof tot nadenken.