De Tweeling van Drouwen worden ze genoemd, hunebedden D19 en D20 bij Drouwen. De twee liggen dan ook dicht bij elkaar, zijn beide middelgroot en werden door professor Van Giffen in slechte conditie aangetroffen. D19 beoordeelde hij als "in verwarde toestand", maar ook "niet onbedenkelijk". En D20 als "in zeer gestoorden staat". Ook de voorgangers van Van Giffen, de Engelse onderzoekers Lukis en Dryden en later ook onderzoeker Jan Hendrik Holwerda (conservator van het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden), konden niet met zekerheid zeggen hoe het tweetal oorspronkelijk was gesitueerd.
Tóch lijken de hunebedden behoorlijk compleet en werden er in 1998 grondige restauraties uitgevoerd. Stenen werden op hun vermoedelijke plek teruggezet, 2 gespleten dekstenen werden aan elkaar gekit en scheuren werden dichtgesmeerd met cement.
Bij de hunebedden staat een informatiepaneel waarop je kunt zien welke schatten in deze hunebedden verborgen zijn geweest. De prachtige oude potten, vuurstenen bijlen, barnstenen kralen, stukjes koper en stukjes menselijk bot en kiezen werden opgegraven door Holwerda en zijn team en zijn dan ook te bewonderen in "zijn" Rijksmuseum van Oudheden in Leiden.
Hunebed D19 en D20
Steenhopenweg
9533 PC
Drouwen
Contactgegevens