Voorjaarsvakantie in eigen land: 5x fietsroutes vol voorjaarsbloeiers

Fietsen in de krokusvakantie

Terwijl de dagen langer worden en de winter langzaam plaatsmaakt voor de lente, komt ook de natuur weer tot leven. Misschien heb je de eerste krokussen al in de berm gezien! Reden genoeg om aankomende voorjaarsvakantie (niet voor niets ook wel de krokusvakantie) de fiets te pakken om het prille natuurschoon te bewonderen. Wij tippen je de 5 mooiste fietsroutes die je trakteren op heel veel voorjaarsbloeiers.

Welke voorjaarsbloeiers zijn er en wanneer bloeien ze?

• Voorjaarsbloeiers in Nederland

• Waar moet je fietsen in het voorjaar?

• De verrassende omgeving van Vorden in de Achterhoek

• De Lemelerberg in Twente

• De historische natuur van Friesland en Drenthe

• Nationaal Park Zuid-Kennemerland

• Het Zuid-Limburgse Heuvelland

Lenteklokjes in het voorjaar

Voorjaarsbloeiers worden ook wel ‘stinsenplanten’ genoemd. Dit is de verzamelnaam voor de bloemen en gewassen die vanaf de 16e eeuw werden (en worden) geplant op de landgoederen en parken rondom buitenplaatsen, kastelen en landhuizen. Sneeuwklokjes, krokussen, sterhyacinten, bosanemonen en nog veel meer typische bolgewassen die in het voorjaar uitkomen, vallen onder deze groep. Van oorsprong werden ze ingevoerd vanuit Zuid- en Oost-Europa. Door de jaren heen zijn ze verwilderd en zie je ze overal in het land terug.

Als de stinsen voorzichtig ontwaken, vormen ze een kleurrijk tapijt in het eerst nog zo grauwe winterlandschap. In februari beginnen de meeste voorjaarsbloemen de kop op te steken. Sommigen zelfs al in januari! We zetten op een rij welke bloemen je in Nederland kunt tegenkomen en wanneer en waar je ze kunt vinden.

• Sneeuwklokje
  Deze witte klokjes, die eigenlijk doorzichtig zijn, zijn doorgaans de eerste van het jaar. In januari komen de eerste sneeuwklokjes vaak al tevoorschijn. De bloeiperiode is van februari tot april. Je vindt ze vooral op schaduwrijke, vochtige plekken in parken en bossen.

• Winterakoniet
  Ook deze gele bloemsoort is er vaak al vroeg bij: in januari of februari laten ze zich zien. Van oorsprong komt de winterakoniet uit Zuid-Europa. Ze groeien op zanderige kleibodems en zijn van oudsher veel geplant in de tuinen van buitenplaatsen en landgoederen, toen adellijke families hun paleistuinen wilden opvrolijken met exotische bloemen. Sindsdien heeft de akoniet zich verwilderd. 

• Lenteklokje
  Hij lijkt op het sneeuwklokje, maar is net een beetje anders. Het lenteklokje komt één tot twee weken na het sneeuwklokje tot bloei. Je herkent het lenteklokje aan een geelgroen vlekje aan de toppen van de witte bloemblaadjes. Net als zijn broertje groeit dit klokje vooral in vochtige landgoedbossen.

• Krokus
  Ongetwijfeld de bekendste voorjaarsbloeier: de krokus. In Nederland kennen we de boerenkrokus en de bonte krokus. Hoewel beide soorten oorspronkelijk uit de Balkan en Mediterraanse streken komen, zijn ze inmiddels zo wijdverspreid door Nederland dat het lijkt alsof het inheemse soorten zijn. Wellicht noemen de Engelsen het daarom ‘the Dutch crocus’... De paarse en witte bloemen bloeien in februari en maart en zie je overal terug in tuinen, parken, landgoederen en bossen. Als de zon schijnt, ontvouwen de bloemen zich in de vorm van een ster richting het zonlicht. 

• Speenkruid
  De goudgele bloemen van speenkruid komen vanaf maart uit, al zullen enkelen zich al in februari laten zien. Ook speenkruid is een echte zonaanbidder: bij slecht weer blijven de bloemen gesloten, maar zodra de zon schijnt vouwen ze zich open. De soort komt in heel Nederland voor.

• Maarts viooltje
  Hij is zeldzaam in de Lage Landen, maar desondanks een geliefde voorjaarsbloeier. De naam zegt het al: dit viooltje bloeit in maart tot eind mei, al komen de meeste eind februari al tot bloei. Je herkent het maarts viooltje aan de prachtige paarse bloemen. En zie je hem niet, dan ruik je hem wel! Hij staat namelijk bekend om zijn heerlijke geur en wordt daarom vaak gebruikt in parfums. Je vindt ze heel veel in Zuid-Limburg. 

• Sleedoorn
  Toegegeven, de sleedoorn is geen echte bloem. Toch is de bloeiende bloesem van de struik het benoemen waard. Het is de eerste struiksoort in de Nederlandse natuur die tot bloei komt. Vanaf maart steekt de witte bloesem opvallend af tussen de struwelen, heggen en bosranden. Je ziet de sleedoorn door heel Nederland, maar de Achterhoek, Twente, Zeeland en Zuid-Limburg kennen de hoogste concentratie.

Waar moet je fietsen in het voorjaar?

Het fleurige kleurenpalet is een lust voor het oog! Oftewel, tijd om met de fiets de natuur in te gaan. Wij geven je de vijf mooiste fietsroutes om in februari en maart van de voorjaarsbloeiers te genieten. Zeg nou zelf, daar word je toch vrolijk van?

Bloeiende krokussen bij Kasteel Hackfort

1. Fietsroute door de verrassende omgeving van Vorden - 53 km

Deze fietsroute laat je kennismaken met alle hoogtepunten rondom het charmante Achterhoekse stadje Vorden. Deze regio staat bekend om de vele landhuizen en kastelen, met bijbehorende landgoederen. Neem bijvoorbeeld Kasteel Vorden, een prachtig historisch gebouw omringd door tuinen en oude bomen. En bezoek ook het landgoed en Kasteel Hackfort. Het landschap eromheen bestaat uit bossen, akkerlanden, de moestuin voor het restaurant in het koetshuis en de watermolen. De Hackfortse Beek doorkruist het geheel.

Gegarandeerd dat je op alle landgoederen krokussen, sneeuwklokjes en lenteklokjes gaat zien! Vlak daarna bloeien rondom Hackfort ook de narcissen en de kievitsbloemen uit.

Interessante afstapmomenten:

• Kasteel Vorden, Vorden

• Kasteel Hackfort, Vorden

• Park Huis den Bramel, Vorden

Bloeiende gaspeldoorn zoals op Landgoed Eerde

2. Fietsroute over de Lemelerberg - 52 km

Begin deze ontdekkingstocht in Ommen, en een ontdekkingstocht wordt het zeker! Terwijl je door de valleien van de Vecht en de Beneden-Regge fietst, kom je zo ongeveer alle soorten Nederlandse landschappen tegen. Alleen al rondom de Lemelerberg is de natuur divers: door invloeden uit de voorgaande eeuwen zijn hier droge zandvlaktes, naaldbossen, heide en akkerlandschap ontstaan.

Het ‘voorjaarshoogtepunt’ is ongetwijfeld Landgoed Eerde. Hier groeien de krokussen en sneeuwklokjes in overvloed. En ben je een echte plantenliefhebber, dan zal een bloeiende gaspeldoorn je, met zijn mooie gele bloemen, weten te bekoren. Deze zeldzame plantensoort kan in de winter al uitbloeien, maar vooral vanaf eind maart zijn ze op hun mooist. Op dit landgoed ga je ze terugzien.

Interessante afstapmomenten:

• Landgoed Eerde, Ommen

• Lemelerberg, Lemele

• De Besthmenermolen, Besthmen

Landgoed De Slotplaats in Bakkeveen

3. Historische fietsroute door Friesland en Drenthe - 51 km

Historische verhalen op een historisch mooie route, dat is dit fietsavontuur door de natuur van Friesland en Drenthe. Vanuit landgoed De Slotplaats in het Friese Bakkeveen ontdek je een van de laatste hoogveenlandschappen in Nederland: het Fochteloërveen. In het voorjaar is deze plek extra bijzonder. Kraanvogels vliegen tijdens de vogeltrek in februari en maart over Nederland en doen daarbij het Fochteloërveen vaak aan als plek om hun paringsdans uit te voeren. Neem dus even een momentje bij de vogelkijkhut en hou je ogen en oren open! Als je luid getrompetter hoort, dan weet je dat ze in de buurt zijn.

In de vochtige bossen en langs de beek sieren sneeuwklokjes de monumentale plekken. Alleen al De Slotplaats herbergt veel historische plekken: van een heuse sterrenschans en de Burmaniazuil, tot zogenoemde pingoruïnes (prehistorische vennen) en beukenbomen van wel honderden jaren oud.

Interessante afstapmomenten:

• Landgoed & Genieterij De Slotplaats, Bakkeveen

• Natuurgebied Fochteloërveen, Fochteloo

• Dinercafé Norgerhout, Norg
  

Buitenplaats en Landgoed Beeckestijn in Velsen-Zuid

4. Fietsroute Nationaal Park Zuid-Kennemerland - 35 km

Ga op pad rondom Bloemendaal, IJmuiden en Haarlem en ontdek het Nationaal Park Zuid-Kennemerland. Een landschap waar je even heerlijk kunt uitwaaien in de uitgestrekte duinen en langs de mooie kustlijn. Je bevindt je tussen grazende konikpaarden, shetlandpony’s en Schotse hooglanders. Tussen de duinen liggen ook veel buitenplaatsen en landgoederen verscholen.

Eén van die romantische landgoederen is Landgoed Beeckestijn in Velsen-Zuid. In het vroege voorjaar is het hier een schatkamer van stinsenflora. Er bloeien lenteklokjes, winterakonieten, krokussen, sterhyacinten en nog zo’n vijftig andere soorten! Kortom, een echte aanrader om even af te stappen tijdens je fietsroute.

Interessante afstapmomenten:

• Buitenplaats Beeckestijn, Velsen-Zuid

• Bezoekerscentrum Nationaal Park Zuid-Kennemerland, Overveen

• Paviljoen Het Witte Huis, Overveen

Sleedoorn in Zuid-Limburg

5. Fietsroute door Heuvelland - 47 km

De fietsroute door het Zuid-Limburgse Heuvelland is opgedeeld in twee delen. Op die manier is het aantal klimmetjes op een dag goed te behappen. Deel 1 van deze route gaat van Valkenburg naar Schin op Geul, Gulpen, Mechelen, Epen en Slenaken weer terug naar Valkenburg. Je maakt dus een tocht naar een van de zuidelijkste delen van Nederland. Het heuvelachtige landschap is eeuwen geleden ontstaan tussen de rivieren de Geul en de Gulp. Vandaag fiets je langs beide watertjes.

In Zuid-Limburg zie je veel sleedoorns. Deze inheemse struik is de eerste struiksoort die tot bloei komt. Vanaf eind februari kun je al genieten van de witte bloesem. Zo ook bij Landgoed De Kluis, waar je tijdens deze route langs komt. In het voorjaar vormen de bosanemonen een prachtig wit tapijt onder de oude loofbomen in het park. Je vindt het landgoed terug op de route als ‘De kluis op de Sjaasberg’ als onderdeel van Kasteeltuin Oud-Valkenburg. Beide afstapmomenten zijn een kort wandelingetje tussen het fietsen door zeker waard!

Wil je je avontuur door Heuvelland uitbreiden? Hier vind je deel 2 van de route.

Interessante afstapmomenten:

• De kluis op de Sjaasberg, Walem

• Kasteeltuin Oud-Valkenburg, Schin op Geul

• Best Western Hotel Slenaken, Slenaken