Bergeijk, Eersel, Riethoven

De Run is een kleine, kronkelende beek die begint op het Kempens Plateau, een moerassig gebied op de grens van België en Nederland. Vanuit daar stroomt ze door Brabant, tussen dorpen als Bergeijk en Eersel door. Uiteindelijk komt de Run uit in de Dommel bij Eindhoven. Door haar natuurlijke loop en wisselende stroming brengt de beek al eeuwenlang leven in het landschap.

Vroeger was de Run een kronkelende beek die in de winter en het voorjaar regelmatig overstroomde. Hierdoor werd het land eromheen drassig en groeiden er heide en bossen. Toch woonden de mensen graag in de buurt van de beek, omdat er schoon water en voedsel te vinden was. Kleine boerderijen met akkers omringd door struiken en hagen lagen verspreid in het beekdal.

Later, in de 20e eeuw, veranderde dit landschap door industrie en landbouw. De beek werd rechtgetrokken en verbreed om het water sneller af te voeren. Dit zorgde ervoor dat het gebied steeds droger werd en het oude landschap langzaam verdween. Daarnaast werden sloten gegraven en stuwen gebouwd om het waterpeil kunstmatig te regelen. Hierdoor veranderde de natuurlijke omgeving van de Run sterk.

Desondanks is rondom de Run een prachtig beekdal ontstaan met bloemrijke graslanden, vochtige bossen en kleine zijstroompjes. Hier leven veel bijzondere planten en dieren, zoals de zeldzame beekprik, ijsvogels en wilde orchideeën. Het schone water en de natuurlijke oevers maken dit gebied heel speciaal en belangrijk voor de natuur. Zo is het deel tussen Schadewijk tot de Dommel beschermd natuurgebied, vanwege het voorkomen van drijvende waterweegbree, een plantensoort die op de Rode Lijst staat.