Aanleg van de Noordoostpolder
Lemmer, Rutten, Creil
De afsluiting van de Zuiderzee en de drooglegging van de Noordoostpolder is één van de beroemdste infrastructuurwerken van Nederland. De wereldwijde reputatie van Nederland op het gebied van de techniek van waterbeheer is hier mede aan te danken.
Vanaf het einde van de 19e eeuw werden er plannen ontwikkeld om delen van de Zuiderzee droog te leggen, om zo te kunnen beschikken over meer landbouwgrond. Nederland had door de eeuwen heen al veel ervaring opgedaan met het inpolderen van waterrijke gebieden, zoals bijvoorbeeld het Haarlemmermeer. Ook was er in Friesland en Groningen grond aan de Waddenkust op de zee veroverd.
In 1886 werd de Zuiderzeevereniging opgericht. Met lobby-werk en technische onderzoeken wilde deze vereniging politiek en publiek ervan overtuigen dat de Zuiderzee kon worden ingepolderd. De toen 32-jarige ingenieur Cornelis Lely, die werkte op het ministerie van Waterstaat, werd direct in 1886 actief bij de vereniging. Lely werd in 1891 zelf minister van Waterstaat en had toen ook al een plan klaar voor de drooglegging. Maar hij kon zijn medeministers en het parlement niet overtuigen van het nut van de omvangrijke investering. Dat veranderde na 1916, in een periode waarin hij voor de derde keer minister was. In dat jaar deed zich in de nacht van 13 op 14 januari een enorme watersnoodramp voor. Tientallen dijken langs de Zuiderzee braken door, waarbij delen van Noord-Holland, Friesland, Overijssel, Gelderland en Utrecht onder water kwamen te staan. Vooral Noord-Holland werd zwaar getroffen, daar verdronken 21 mensen.
In 1918 werd de Zuiderzeewet aangenomen, die voorzag in een afsluiting tussen de Zuiderzee en de Noordzee, en het droogleggen van grote delen van de Zuiderzee. In 1927 werd begonnen met de aanleg van de 32 kilometer lange Afsluitdijk en die kwam in 1932 gereed. Vanaf toen werd de Zuiderzee het IJsselmeer.
Vervolgens kon een begin gemaakt worden met het droogleggen van de Noordoostpolder. Tussen 1936 en 1942 werd de 54 kilometer lange dijk aangelegd, die het gebied nu nog steeds beschermd tegen het water van het IJsselmeer. Vervolgens werden drie gemalen gebouwd, die al het water uit het gebied moesten wegpompen naar het IJsselmeer. Deze gemalen functioneren nog tot op de dag van vandaag, omdat het gebied een ‘badkuip’ is die 5 meter onder zeeniveau ligt. Deze badkuip kan vollopen door regenwater, kwelwater (dat onder de dijken door sijpelt) en grondwater dat nog steeds omhoog komt.
De Noordoostpolder is nog altijd een gebied zoals het was bedoeld: een vruchtbare polder die zeer geschikt is voor landbouw. Maar het blijkt de laatste decennia ook een vruchtbare bodem voor andere functies, zoals de ontwikkeling van nieuwe natuurgebieden en de aanleg van windmolenparken.
(Op deze route bevinden zich geen horecagelegenheden, eventueel kun je een stop maken in Lemmer, knooppunt 50, ongeveer 1,5 kilometer van de route.)
Oude foto: Nationaal Archief
Deze Premium fietsroute is samengesteld door onze redacteur: Frans Glissenaar.
Hier kun je jouw route uitbreiden met afstapmomenten
Nog geen afstapmomenten toegevoegd